Jan-Willem Hament is niet zo van de elitaire kunst: ‘Leuntje en Merien zijn van iedereen’
PORTRET
Zijn prenten zijn wereldberoemd in Zeeland. Op toeristische hotspots, in lijstjes aan de muur en zelfs getatoeëerd op ledematen: Leuntje en Merien kom je overal in de provincie tegen. Geestelijk vader Jan-Willem Hament gooide 25 jaar geleden het roer om, maar kan pas vijf jaar rondkomen van de kunst. ,,Maar ik voel me meer ondernemer dan kunstenaar. Mijn klanten zijn ook geen kunstliefhebbers, ze willen gewoon iets leuks van Leuntje en Merien in huis!”
We ontmoeten Hament op wat hij ‘het allermooiste plekje van Zeeland’ noemt. Afgelopen zomer nam hij zijn intrek in het oude peilhuisje op het sluisplateau van Wemeldinge. Vanuit het monumentale gebouwtje heeft hij fenomenaal uitzicht op de Oosterschelde. Het atelier staat blauw van de sigarenrook, aan de wand prijkt een kleine selectie van de tienduizenden prenten die hij de afgelopen decennia maakte. ,,Geïnspireerd door het beeld waar ik uitzicht op heb, wil ik 99 tekeningen van zeemeerminnen maken. Ik ben nu negen maanden verder en zit nog steeds niet aan de 99 stuks. Er komen steeds andere opdracht tussen, ik heb nog voor zeker drie maanden aan opdrachten in mijn portefeuille. En dan ben ik ook nog eens duizenden onuitgewerkte ideeën. Mijn creativiteit is eindeloos.”
Hament is dankbaar dat de gemeente Kapelle hem het plekje gunde. ,,Het stond al vijf jaar leeg en was helemaal aan het verpauperen. Het is nu mooi opgeknapt.” Als het even kan, staat de deur open. ,,Het is een feest om hier hele dagen te werken, want het is hier elke dag vakantie. ’s Zomers is het helemaal top, met alle toeristen die voorbijkomen. Ik heb jarenlang op de markt gewerkt, dus ik ben wel gewend dat ze op mijn vingers kijken. Als de deur openstaat, kunnen mensen een bak koffie van me krijgen. En als ze iets moois zien hangen, kunnen ze het meteen van de muur halen en meenemen. Als als ik even rust wil, gaat de deur dicht en ga ik daar helemaal bovenin in het torentje tekenen.”
Raak je nooit uitgekeken op Leuntje en Merien?
,,Nee, ik zoek het graag lekker dichtbij huis en kan hier goed de kost in verdienen. Het geeft me een kick dat iedereen Leuntje en Merien kent. Ik heb ze in 2008 bedacht voor een expositie in de Grote Kerk in Goes. Daar werden alle tachtig klederdrachten uitgebeeld. Het zijn echte Zeeuwse namen, mijn opa en oma van moederskant heetten zo. Het ene oog met de stip is een bedenksel dat sindsdien in al m’n werk voorkomt. Ik kwam op het idee in 2007 in New York, het is het symbool voor oneindigheid.”
Je hebt iets met die stad hè?
,,In 1999 heb ik daar met een vriend een guerrilla-stuntje uitgehaald. Tegen de buitenmuur van het Guggenheim Museum had ik 99 tekeningen gehangen, die ik in drie dagen tijd had getekend. Ze vonden het zo te gek, dat er nog artikeltje in de New York Times heeft gestaan. Daar kreeg de Telegraaf lucht van, waarop ik samen met Leon van de Akker geïntroduceerd ben bij Untitled. Een schildersclubje, waar ook Herman Brood, Jeroen Buitenman, Vango en Rob Scholte in zaten. Drie jaar lang werkte ik in een oud anti-kraak schoolgebouw. Ieder ging z’n eigen weg, maar we kwamen elkaar wel tegen.”
Hoe ben je van Amsterdam in Baarland beland?
,,Voordat ik er in 2005 woonruimte vond, was ik zelfs nog nooit in het dorp geweest! Ik zat eerst in ’s-Gravenpolder, daar had ik een atelierruimte waar ik ook woonde. Door de wietplantage van de buurman is alles in de fik gegaan. Godzijdank was ik op dat moment in Italië, anders was ik dood geweest. Alles wat ik had, is verbrand. Schilderijen van collega’s, veel werk van Brood. Mijn ezel en een boek met schetsen is het enige wat ik heb kunnen redden.”
Het heeft lang geduurd voordat je van je kunst kon rondkomen.
,,Ik heb nooit gedacht dat ik kunstenaar zou worden. Nooit. Tot 25 jaar geleden Cor Schoonenberg, de stiefvader van een goede vriend, mijn talent zag. Hij vond dat ik samen met z’n vrouw op cursus moest gaan bij Peter Bosier in Goes. Ik ging veel te snel voor die groep. In die tijd had ik een winkeltje bij het Zuidplein in Rotterdam, waar ik restanten verkocht van het modemerk dat m’n vader importeerde. Maar ik vond er weinig aan en er was weinig in te verdienen. Het was een hoop ellende, mijn ouders lagen in scheiding en ik gooide m’n kont tegen de krib. Ik weigerde om voor een baas te werken en kocht van m’n laatste 500 gulden papier en viltstiften. Vanaf dag 1 had ik al een inkomen.”
Ik word hier niet rijk van en werk me kapot, maar ik vind het leuk en het geeft mij vrijheid
Wat heb je met dat startkapitaal gedaan?
,,Ik ben jaren reclametekenaar geweest. Dat begon al toen ik m’n eigen winkeltje had en ik ook voor collega-winkeliers borden tekende. Ik besloot een keukentafeltje om te bouwen tot schrijftafel. Met een karretje reed ik langs allerlei grote markten door het land om ter plekke reclameborden te maken. Tot vijf jaar geleden was dat mijn belangrijkste inkomstenbron. Mijn handschrift is nog steeds op alle grote markten in heel Nederland te zien. Door de corona ben ik er vorig jaar mee gestopt en haal ik alles uit de kunst.”
Noem je jezelf eigenlijk een kunstenaar?
,,Nee, anderen moeten maar bepalen of ik dat ben. Ik voel mezelf meer ondernemer, ik zit in de luxepositie dat ik op een eenvoudige manier de kost kan verdienen. Ik word er niet rijk van en werk me kapot, maar ik vind het leuk en het geeft mij vrijheid. Ik leef mijn eigen leven. Ik ga niet met ander kunstenaars om, ik hou niet van dat ellebogenwerk en die grote ego’s. Zelf kan ik m’n ego makkelijk overboord gooien. Ik voel mezelf niet voor lul lopen met m’n karretje op de markt. Voel mezelf niet meer of minder dan een ander. Ik kijk tegen niemand op en op niemand neer.”
Krijg jij voldoende erkenning voor je werk?
,,Kunst is vaak links georiënteerd. Ik ben niet superrechts, maar wel rechts van het midden. Dat heb ik van huis uit meegekregen. Ik heb nog nooit subsidie gekregen, ik red mezelf wel. Ik erger me wel aan dat kleine elitaire clubje dat de dienst uitmaakt en met geld mag smijten. Ik wil ook wel een mural van Leuntje en Merien maken op een flat in Goes. De mensen zouden het te gek vinden! Maar nee, dat moesten kunstenaars van buiten Zeeland zijn. De kunstwereld gunt mij het gewoon niet. Ik ben vier keer genomineerd voor de kunstprijs van Borsele en eindigde altijd op de tweede plek. De carnavalsclub wint wel, terwijl ik toch hét beeld van Zeeland ben? Nou, dan hoeft het niet meer voor mij.”
Ik ga niet met ander kunstenaars om, ik hou niet van dat ellebogenwerk en die grote ego’s
Baal je daarvan?
,,Het is graag of niet. De ondernemers gunnen mij gelukkig wél de handel. Ik pak alles aan. Neem nu die mevrouw, die net belde. Zo gaat dat de hele dag door. Als iemand een leuke tekening voor een verjaardag of jubileum wil, maak ik daar altijd tijd voor. Aan een paar hobby’s en karaktereigenschappen heb ik genoeg. Wie betaalt, bepaalt, zo simpel is het. Zelfs voor GroenLinks heb ik nog tekeningen gemaakt. Het is niet mijn partij, maar Leuntje en Merien zijn van iedereen. Als de PVV aanklopt, maak ik ook iets voor hen. Op Facebook probeer ik politieke onderwerpen nu een beetje te ontwijken. Ik heb een duidelijke mening, maar daardoor ga je niet meer verkopen, begrijp je?”
Bacco, tabacco e venere, staat op je tafel geschreven. Is dat jouw levensmotto?
,,Vrouwen, tabak en wijn zijn volgens Italiaanse mannen de essentie van het leven. Ik ben vrijgezel, een bewuste keuze. Ik ben gek op de vrouwen, maar ik ga er niet mee leven, ik ben niet gek, haha! Nee, ik moet m’n vrijheid hebben. Ik heb het meerdere keren geprobeerd, het was allemaal ellende. Ik kom regelmatig in Italië. Ook ga ik elk jaar met groep naar de Formule 1 in Monaco, omdat we in een appartement van een vriend verblijven, zitten we dan tussen de Monegasken. Prachtig! En een paar keer per jaar ga ik naar Cuba, dan verblijf ik bij mijn vriend Franco. Hij is een kunstzinnig multitalent en een hele nobele man, die met zijn stichting heel veel betekent voor de lokale gemeenschap. Aangezien schildermaterialen in Cuba heel schaars zijn, sponsor ik hem daarmee.”
Ik wil ook wel een mural van Leuntje en Merien maken op een flat in Goes. Maar nee, dat moesten kunstenaars van buiten Zeeland zijn
De wereldreiziger Hament, een groot contrast met het leven in Baarland?
,,Mijn ouders zaten vroeger aan de goede kant van de maatschappij. Daar krijg je een bepaalde mentaliteit van, daardoor kan ik goed flowen met iedereen. Met mensen van de rotary, met Franco, maar ook met mijn buurvrouw heb ik een hele goede band. Zij is een lekker gewone ouderwetse vrouw van tachtig jaar die plat Zeeuws tegen me praat. Ik kom er vaak. Samen hebben we vijf jaar geleden een cartoon gemaakt voor de huis-aan-huisbladen. Zij deed de teksten, ik tekende de strips. We drinken een biertje samen, of kijken wat tv. Ik vind oudere mensen sowieso leuk. Ze hebben een dosis levenservaring, hoeven niet beter van je te worden. Als mij morgen gevraagd zou worden of ik bij m’n moeder wilde wonen, zou ik meteen bij haar voor de deur staan. Een beter leven dan bij je moeder kun je niet hebben. Structuur in leven, lekker eten, je hoeft niet schoon te maken. Ja hoor, dat zou ik best willen. Maar doen? Dat is een ander verhaal!”
PASPOORT JAN-WILLEM HAMENT
Jan-Willem Hament is op 23 december 1967 geboren in Goes. Omdat zijn ouders vaak op zakenreis waren, zat hij op het internaat Sint Marie in Huijbergen. Hij volgde de slagersvakschool, werkte enkele jaren bij slagerij Verboom in Vlissingen om op z’n 19de een eigen winkeltje te beginnen op het Zuidplein in Rotterdam.
In 1996 begon hij de opleiding tekenen en schilderen van Peter Bosier in Goes. Niet veel later stortte hij zich volledig op het reclametekenen. Vanaf 2000 volgden meerdere exposities. Ook dook zijn werk steeds vaker op in tal van boeken, kalenders, ansichtkaarten en op bedrijven, scholen en andere instellingen.
Hament woont en werkt sinds 2005 in Baarland. Sinds vorig jaar heeft hij zijn eigen atelier op het Sluisplateau in Wemeldinge. Daar wil hij deze zomer ook een winkeltje openen met mokken, T-shirts, stickers en andere merchandise van Leuntje en Merien. Later dit jaar verschijnt een rijk geïllustreerd boek over de avonturen van een zeemeermin. Dit boek maakt Hament samen met schrijfster Saskia Maaskant.